Door de bril van Martin Bril - Is de magie van de Volvo 850 T-5R Estate er nog?
De beroemdste gele auto uit de geschiedenis is de Volvo 850 T-5R. Wat blijft er van zijn magie over na 24 jaar? We zoeken het uit en nemen een stapel boeken mee van zijn bekendste fan, schrijver Martin Bril.
Martin Bril is alweer tien jaar dood. Misschien is hij wel de beroemdste Volvo-rijder die Nederland gehad heeft. Bril schreef voor onder meer de Volkskrant over plekken die andere Nederlanders links lieten liggen. Morsige restaurants, verlaten parkeerplaatsen, de Hema op maandagmiddag in een dorp in de Kop van Noord-Holland. Niemand die beter het dagelijkse leven in onbekende en onbeminde oorden kon beschrijven.
Bril bezat verschillende Volvo’s. Hij reed onder meer in een 240 Polar en een V70 T6, maar zijn beroemdste auto was de 850 T-5R. Hij schreef er met enige regelmaat over. Zo kreeg hij zelfs de koninklijke goedkeuring van prins Bernhard voor zijn T-5R (“Een prachtige wagen”, volgens de prins). In een hartverscheurende, voor klassiekerliefhebbers herkenbare column, schrijft Bril dat hij eigenlijk afscheid moet nemen van zijn auto, omdat hij te veel mankementen vertoont. Maar de auteur weet niet of hij dat kan. “Het liefst zou ik hem voor duizenden euro’s laten opknappen, als nieuw laten maken, en permanent voor mijn deur parkeren – alleen maar om naar te kijken. Het is mijn auto, het is mijn leven.” Helaas moeten we het allang zonder Brils kleine schetsen van Nederland stellen. Zijn auto leeft wél voort en is een van de beroemdste Volvo’s.
Rij de vernieuwde Golf nu ook als plug-in hybride met 142 km* elektrisch bereik.
En dat voor een vriendenprijs!
Van dat degelijke imago af
Volvo is het merk waar een sfeer van degelijkheid omheen hangt. Het profileert zichzelf niet als verfijnd, sportief of meeslepend. Volvo’s zijn veilig. De Zweden laten zich er graag op voorstaan hoeveel veiligheidverhogende zaken in Göteborg zijn bedacht. De driepuntsgordel, de veiligheidskooi en de zij-airbag (debuterend in de 850) bijvoorbeeld. Je ziet al die keurige Zweden al aan het werk gaan, met een ijver waar zelfs wij nuchtere Nederlanders van opkijken. Keurig opgeruimde bureaus, knäckebröd erbij, en een keer per dag uit de band springen met kaffe och kakor. Talrijke oerdegelijke modellen presenteerde Volvo ons in zijn ruim negentigjarige bestaan, en slechts af en toe kwam er iets écht geks voorbij. De Volvo 850 T-5R is zo’n auto.
Volvo had in 1991 een succesvol model geïntroduceerd: de 850. Het ontwerpteam van Jan Wilsgaard liet de hoekige vormen van de 240, de 740 en de 940 plaatsmaken voor een wat modernere styling. Maar vooral technisch veranderde er veel: de 850 kreeg voorwielaandrijving en werd voorzien van moderne vijfcilinder motoren. Om de 850 aantrekkelijk te houden voor het publiek, bedacht de marketingafdeling vrijwel elk jaar iets nieuws. In 1994 werden twee plannen voor de 850 gesmeed: er moest een snelle versie komen voor de openbare weg én eentje die zou meedoen aan het British Touring Car Championship (BTCC). Ook toen al wilde Volvo het degelijke imago wat sexyer maken.
Met Jan Lammers in het BTCC
Het BTCC was destijds een prestigieuze raceklasse, waarvoor vrijwel elk merk met sportieve ambities een auto afvaardigde. De BMW 3-serie deed bijvoorbeeld mee, maar je kwam ook auto’s tegen als de Alfa Romeo 155, de Ford Mondeo, de Xedos 6 en de Renault Laguna. En toen was er ook ineens de Volvo 850, gebouwd door Tom Walkinshaw Racing. Tot ieders verbazing kwam de race-Volvo niet als sedan aan de start, maar als Estate. De luchtweerstandscoëfficiënt was met 0,29 indrukwekkend laag.
““Een vriendin vroeg of ik korting had gekregen vanwege die bespottelijke kleur.””
Hoewel de 850 Estate in zijn debuutjaar de tongen losmaakte, presteerde hij matig in het BTCC. De coureurs Jan Lammers en Rickard Rydell mochten hun geluk beproeven in de auto, maar haalden geen podiumplekken. Een jaar later verscheen de vierdeurs 850 alsnog aan de start en werden wél vele overwinningen behaald. Niet meer door Jan Lammers, hij was inmiddels opgevolgd door Tim Harvey.
Cream Yellow
Het tweede plan van Volvo’s marketingafdeling was een sportieve 850 voor de openbare weg. Dat werd de T-5R, die gebaseerd was op de ‘gewone’ 850 T5. De 850 T-5R verscheen niet alleen als Estate, maar ook als sedan. De Estate is vanaf het begin echter de meest aansprekende versie geweest, misschien wel door die opzienbarende entree in het BTCC.
Het team dat de T-5R ontwikkelde, had maar negen maanden de tijd. De auto werd voorzien van accessoires die Volvo toch al op de plank had. De 17-inch vijfspaaks Titan-wielen lagen bijvoorbeeld al klaar. Verder werd de T-5R voorzien van een set sportveren, steviger schokdempers en dikkere stabilisatorstangen en kreeg hij een nieuwe kleur: cream yellow. “Een kleur die veel bekijks trekt en waar veel om wordt gelachen”, schreef Martin Bril. “Een vriendin vroeg me eens of ik hem goedkoper had kunnen krijgen vanwege die bespottelijke kleur. Het tegenovergestelde, moest ik antwoorden.”
In maart 1994 werd de snelste Volvo gepresenteerd op de autosalon van Genève. Hij heette toen nog 850 T plus 5. De reacties van het publiek waren enthousiast, maar Volvo zat toch wat in z’n maag met die opvallende kleur cream yellow. Misschien was dat wat al te opzichtig. Vandaar dat hij, eenmaal in productie, ook verscheen in de bescheidener kleuren stone black en olive green metallic.
Bijgenaamd: de Roffel
De 850 T-5R is niet alleen beroemd vanwege zijn uiterlijk en zijn raceverleden, maar ook door de dwarsgeplaatste vijfcilinder turbomotor. Nu hadden alle 850’s een vijfcilinder onder de kap (zelfs de instapper met 126 pk), maar bij de T-5R was hij het meest vermogend en klonk hij het lekkerst. De 2,3-liter motor leverde in de T-5R liefst 240 pk, wat in 1995 zeer imposant was. De T-5R dankt een van zijn bijnamen aan het motorgeluid: de Roffel.
Porsche hielp een handje bij de ontwikkeling. De motor uit de 850 T5 werd als uitgangspunt genomen. Onder meer door de turbodruk te verhogen en de software van het motormanagement aan te passen, schroefden de technici het vermogen met 15 pk op tot 240 pk. Het koppel werd verhoogd van 300 Nm naar 330 Nm. Die imposante waarden bleven slechts 30 seconden beschikbaar. Zonder ‘overboost’ moest je het doen met de 300 Nm die tussen de 2000 en 5280 tpm beschikbaar was. Ook bij het ontwikkelen van de transmissie werd de hulp van Porsche ingeroepen. Je kon de T-5R bestellen met een handgeschakelde vijfbak of met een viertraps automaat. Voor het interieur adviseerde Porsche om de stoelen te voorzien van een reepje alcantara.
Verwachtingen bijstellen
Hoeveel magie blijft er na al die jaren nog over als je achter het stuur stapt? Genoeg, maar je moet wel je verwachtingen bijstellen. De roffel van de vijfcilinder is nog altijd heerlijk, maar het begrip snelheid is in de autowereld aan inflatie onderhevig. Het is met de ogen van nu moeilijk voor te stellen dat de T-5R destijds het neusje van de zalm was op sportief gebied. Hij werd wel omschreven als ‘de snelste praktische auto en de meest praktische snelle auto’.
Snel is hij nog altijd, maar eigenlijk zijn we meer onder de indruk van het comfort. Op Amerikaanse wijze kun je de Volvo door het verkeer sturen: zonder haast, maar met voldoende vermogen tot je beschikking. Ondanks het verlaagde onderstel, heb je nooit het idee dat op het gerief van de passagiers is beknibbeld. Het is ontspannen rijden met de T-5R.
“De roffel van de vijfcilinder is nog altijd heerlijk, maar verwacht niet dat de motor voor vlammende prestaties zorgt.”
Als je verlangt naar het volle geluid van de vijfcilinderroffel, schakel je even terug (wat na 24 jaar nog altijd bijzonder soepel gaat) en word je op je wenken bediend. De vermogensopbouw is mooi gelijkmatig en de motor klimt monter richting hoge toerentallen. Niet op allesverpletterende wijze, maar gewoon lekker snel.
Knoppenrage op zijn hoogtepunt
De ‘bespottelijke’ gele kleur – in combinatie met die prachtige lichtmetalen wielen – blijft ook ruim twee decennia onweerstaanbaar. Net als het interieur, waar we als een blok voor vallen. De Volvo 850 T-5R werd ontwikkeld in een tijd waarin de knoppenrage op zijn hoogtepunt was. Het hele dashboard is er dan ook mee overladen. Een touchscreen missen we geen moment. Sterker nog, eigenlijk verlangen we hevig terug naar de tijd waarin je nog een degelijke knop moest indrukken voor de airco, de radio of het in- en uitschakelen van de tractieregeling. Dat we onze oude cassettebandjes weer eens van zolder konden halen, vergroot de nostalgie nog meer. Over de stoelen kunnen we alleen maar lyrisch zijn, die zitten na nog altijd vorstelijk. De paar stukjes alcantara waarmee ze zijn verfraaid, zijn mooie details.
Vijfcilinders levert Volvo inmiddels niet meer. En hoewel de 850 Volvo een wat ongedwongener imago gaf, staat het merk ook nu nog vooral bekend om zijn degelijkheid en veiligheid. Met de Polestar-versies werd later nog wel eens uit de band gesprongen, maar ze veroorzaakten minder rimpelingen dan deze 850 T-5R in de jaren negentig. We voelen met Martin Bril mee als ook óns moment van afscheid komt. We zouden er uitstekend mee kunnen leven om met deze auto, net als hij, door Nederland te trekken langs plaatsen als Retranchement, Hongerige Wolf en Sexbierum. Onopvallende plekken waar niemand oog voor heeft. Des te leuker om dat te doen in de opvallendste gele auto uit de geschiedenis.
Deze reportage en andere rij-impressies kun je terugvinden in de Youngtimer-special van Auto Review en Classic Cars.
De zekerheid van Univé: uitstekende service en altijd een gunstige premie.