McLaren Senna GTR is een duur circuitspeeltje
Een Senna GTR kost bijna 1,3 miljoen euro. En toch zijn alle vijfenzeventig exemplaren die McLaren gaat bouwen al verkocht. Wat kunnen de gelukkige eigenaren ermee? Weinig.
Want de circuitversie van de toch al op het circuit gerichte McLaren Senna voldoet niet aan huidige FIA-racereglementen. Dat betekent dat de GTR - waarvan McLaren vorig jaar al een conceptversie onthulde - alleen geschikt is voor track days, want straatlegaal is hij ook niet. Waarschijnlijk is dan ook dat het gros van de vijfenzeventig stuks als verzamelaarsobject in een luchtbehandelde garage verdwijnt.
De vrije hand
Dat de Senna GTR niet aan bestaande reglementen voldoet, betekent wel dat McLaren min of meer de vrije hand had. In vergelijking met de Senna hij 10 kilogram lichter geworden (1188 kilogram) en 25 pk krachtiger (825 pk). Het koppel van de 4,0 liter twinturbo V8 bleef gelijk (800 Nm) en ook aan de zeventraps DSG-automaat veranderde niets.
Meer downforce
De grootste veranderingen hebben echter op aerodynamisch gebied plaatsgevonden. Die resulteren in 1000 kilogram downforce bij 250 km/h (200 kilogram meer dan bij de Senna). McLaren levert de GTR overigens maar met één stoel (een tweede is een kosteloze optie). Hij heeft geen airbags, geen airconditioning en geen elektronische hulpsystemen.
Rij nu de stoere Volkswagen T-Cross. Ideaal voor in de stad met genoeg ruimte voor vakantie.
En dat voor een vriendenprijs!
McLaren P1 GTR
De McLaren Senna GTR is de opvolger van de P1 GTR. Die was ook niet straatlegaal, maar toch rijden er enkele met een kenteken rond. Ze zijn omgebouwd door de Britse specialist Lanzante. Dus wie weet… Er zijn vast een paar Senna GTR-eigenaren zo gek om hetzelfde te willen doen.
Welke verzekering je ook kiest, met Univé ga je binnen 10 minuten voordelig en goed verzekerd de weg op.