Mercedes-Benz E-klasse: een (E) klasse apart
Ruim tien miljoen stuks gingen de nieuwe E-klasse voor sinds zijn geboortejaar in 1953. Tot begin jaren negentig werden de modellen aangeduid met een ‘W’ en een nummer, daarna deed de naam E-klasse zijn intrede. Binnen de fabriekspoorten van Mercedes wordt echter nog steevast de oorspronkelijke fabriekscode gebruikt. Met de nieuwe E-klasse zijn we aanbeland bij W 212: comfortabeler, beter en veiliger dan ooit.
De nieuwe E-klasse is hét nieuwe model van Mercedes voor 2009. In de loop van het jaar kunnen we nog drie varianten verwachten, wetende de Coupé (mei), de Estate (oktober) en de Cabriolet (november). Met de vastberaden missie ‘de beste zakenauto ter wereld’ te worden wordt er afgetrapt met de Limousine. Om maar meteen met de deur in huis te vallen; de nieuwe E-klasse is een dijk van een auto. Voor 40.000 mensen was deze bevestiging voldoende om op voorhand er één te bestellen. Zonder ook maar een meter met de auto te hebben gereden. Mercedes heeft zijn merkimago dus nog niet verloren. Diegene die zich niet zo vlot laten overtuigen en graag eerst meer informatie willen, moeten verder lezen.
Design
Het ontwerp van de nieuwe E-klasse grijpt terug naar het verleden en wel naar die van de befaamde ‘Ponton-Mercedes’ uit de jaren ’50. Hoewel minder hoekig dan zijn voorvader zijn er inderdaad overeenkomsten te ontdekken zoals de knik in de heuppartij boven het achterste spatbord. Recht van voor of van achter het stuurwiel gezien pronkt ‘de ster’ in het gezichtveld. Een klassiek detail die alle E-klasse uitvoeringen bevatten in tegenstelling tot bijvoorbeeld de C-klasse. Die heeft afhankelijk van de uitvoering (Elegance) het embleem op de motorkap of - zoals bij de Avantgarde - de ster in de grille. Nu we het toch over de kleinste sedan binnen het Mercedes-gamma hebben. De nieuwe ‘E’ is duidelijk afgeleid van de C-klasse. Van opzij gezien tenminste. Het huidige familiegezicht blijft hierdoor behouden. Uit andere hoeken bekeken heeft de E-klasse juist een eigen gezicht. De dubbele koplampen, die we voor het eerst zagen op de W 210 (1995-2002), treffen we opnieuw aan. Vertaald naar het moderne tijdsbeeld zijn ze meer vierkant van vorm. LED-dagrijverlichting in het onderste deel van de voorbumper en als opblinkende achterlichten bewijst dit eveneens. De units achter doen ons overigens denken aan de ‘eerste’ E-klasse, de W 124 (1984-1996). Wederom een knipoog naar de tijden van weleer. Daarentegen heeft het geheel - met name als E 500 met z´n rechthoekige uitlaatpijpen - iets weg van de Lexus LS460 en dat is op z’n minst opmerkelijk te noemen. In het verleden waren het juist de Japanners die de ideeën uit Stuttgart stalen.
Oog voor detail
Sowieso zijn alle koetswerklijnen scherper gemodelleerd. Wulpse rondingen zijn sinds de komst van de C-klasse passé bij Mercedes. Dat is tevens merkbaar in het interieur. Niet alleen zorgt deze designtaal dat het afwerkingniveau op een veel hoger niveau lijkt te staan, het is in het geval van de nieuwe E-klasse ook zo. Mercedes heeft een flinke stap voorwaarts gemaakt. Het interieur straalt klasse, elegantie en zakelijkheid tegelijk uit zonder daarbij sober te zijn. Dat komt met name door de verschillende gebruikte materialen en kleurenschema’s voor het dashboard en de bekledingstoffen. Natuurlijk kan er nog altijd voor eentonig zwart gekozen worden. Wij zouden een combinatie van lichte en donkere tinten aanraden, afgewisseld met hout. Niet afgewerkt met een glanzende coating, maar onbewerkt mat. Het ziet er prachtig uit gepaard gaande met de subtiele aluminium details. En die maken het verschil, nietwaar?! Helaas doet het navigatiesysteem een beetje afbreuk op de algehele finesse van de E-klasse. In de drukke metropol van Spanje is de begeleidende dame in kwestie storend vaak het spoor bijster. En eenmaal de juiste route gevonden, laat ze niet altijd van zich horen wanneer dat gewenst is. Een spoedige firmware update van het navigatiesysteem misschien?
Ingeklemd
De E-klasse is verkrijgbaar als ‘Elegance’ en ‘Avantgarde’ (al dan niet in combinatie met het AMG-sportpakket). De eerste is de klassieke en elegante uitvoering van de twee, terwijl de ander meer eigentijds en dynamischer is uitgerust. In beide gevallen geldt dat het zowel voor- als achterin voortreffelijk vertoeven is. Ook wat betreft been- en hoofdruimte. Optioneel zijn er eventueel Multicontourstoelen (€ 827,-) leverbaar voor de voorste inzittenden. Naast een tweetraps massagestand zijn deze voorzien van variabele zijdelingse leuningen die afhankelijk van de stuuruitslag en de dwarskrachten worden opgeblazen voor extra steun in bochten. Indien gewenst kunnen ze je compleet beklemmen. Een leuke feature, maar wij prefereerden na enige tijd uitproberen toch een ‘statische’ zetel. Bovendien vragen we ons af hoelang het bedieningspaneel ervan blijft functioneren. Het heeft namelijk een ietwat iel onderkomen gekregen tussen stoel en middenconsole.
Omringd door veiligheid
Actieve en passieve veiligheid was één van de peilers bij de ontwikkeling van de W 212. Mercedes heeft de auto dan ook helemaal volgeladen met (elektronische) veiligheidsmiddelen. In een vogelvlucht wandelde opperhoofd van Diamler Dr. Dieter Zetsche tijdens de 3D-presentatie door de verschillende systemen. Wij doen dat ook, want het is simpelweg niet mogelijk allen bij naam te noemen. De passieve veiligheid zoals de actieve motorkap en het radargestuurde Distronic Plus, die de gevolgen van een ongeval beperken, slaan we even over. We richten onze pijlen op meest bijzondere (actieve) systemen. Tijdens een avondrit konden we kennismaken met het optionele Adaptive MainBeam Assist (€ 318,- bij Avantgarde). Dit systeem is enkel te bestellen in combinatie met het Intelligent Light System (€ 2.258,- bij Elegance en standaard op de Avantgarde). Uniek zijn de functies niet, maar behoren wel tot de beste in hun soort. Op de kronkelige binnenweg in het heuvelachtige landschap rondom Madrid rijden we met diverse testauto’s achter elkaar aan. Een camera tegen de voorruit ‘meet’ de afstand ten opzichte van onze voorligger en past hierop de reikwijdte van de lichtbundel aan. Ten allen tijde eindigt de bundel vóór de auto die voor ons rijdt om verblinding van de betreffende bestuurder te voorkomen. Versnelt de voorganger of verdwijnt deze uit het zicht, dan wordt de reikwijdte van de bundel vergroot en wordt ons panorama groter. Dit kan tot maximaal 300 meter. Bij een tegenligger treedt de grootlicht assistent van het MainBeam Assist ook in werking om vervolgens - na het passeren van de tegemoet komende auto - de grootlichtfunctie weer geleidelijk in te schakelen. Het systeem werkt perfect en biedt een echte meerwaarde.
Big Brother
Debuterend op de ‘E’ is het Attention Assist. Aan de hand van maar liefst 70 verschillende parameters registreert en controleert dit systeem de gemoedstoestand van de bestuurder. Praktijktesten wijzen namelijk uit dat 70% van de ongevallen wordt veroorzaakt door vermoeidheid van een bestuurder. Slaperige bestuurders maken onder andere veelal kleine en abrupte stuurfouten. Indien Attention Assist na verloop van tijd dit soort gedrag kan relateren aan vermoeidheid geeft het instrumentarium een signaal weer in de vorm van een ‘kopje koffie’. Of zoals Zetsche tijdens zijn speech grapte: “Het is tijd om een Starbuck restaurant te bezoeken”. Nadelig voor veel van de elektronische veiligheidsystemen is dat ze alleen via het menu in het instrumentarium in- en uit te schakelen zijn. Ben je de controlerende regelingen even beu, dan gaat deactiveren dus enigszins omslachtig.
Ogen liever op de weg
Het optionele Night View Assist zou als extra veiligheidsfactor moeten dienen tijdens donkere ritten. Om de toegevoegde waarde van dit systeem te testen had Mercedes diverse zwarte borden in de vorm van een menselijke silhouet langs de kant van de weg geplaatst. Wanneer de infrarood camera deze opmerkt verschijnt er een markering op het display. Dat gebeurt inderdaad, maar in de praktijk houden wij onze ogen liever op de weg dan op het zwart/witte scherm dat buiten ons blikveld valt. De signalering valt dan niet op. BMW heeft dit beter begrepen door middel van een signalering in het Head-Up Display.
In alle rust
Het motorengamma van de nieuwe E-klasse is omvangrijk en dankzij BlueEfficiency (behalve de E 500) maar liefst 23 % zuiniger geworden. Welke krachtbron ook wordt gekozen, het is de serene sfeer binnenin die een diepe indruk achterlaat. Motorgeluiden of omgeving- en windlawaai is er niet. Vaak zijn het dan de afrolgeluiden die de gemoederen verstoren, maar ook die zijn nauwelijks aanwezig. Rust! Wij reden met de zescilinder E 350 CDI BlueTec (211 pk/540 Nm) en de fonkelnieuwe viercilinder E 250 CDI (204 pk/500 Nm). Zoals dat bij een ‘E’ hoort waren ze allemaal gekoppeld aan een automaat. De zes- en achtcilinders profiteren van een zeventraps 7G-Tronic en stuurkolombediening, terwijl de viercilinders uitgerust zijn met een vijftrapstransmissie met conventionele pook in de middenconsole. Hoewel de ene twee verzetten meer kent, is de souplesse van beide versnellingsbakken van even hoog niveau. Zijdezacht wisselen ze van overbrenging. Een klein minpunt is het trage reageren van de transmissie op de beroering van het gaspedaal.
Comfort heeft een grote ´C´
Mercedes biedt drie verschillende dempingkarakteristieken aan. De Elegance is uitsluitend gericht op comfort. De Avantgarde zou dynamischer moet voelen, hoewel wij daarvan weinig merkten tijdens ons testritten. Wie Mercedes zegt, zegt comfort en bij de E-klasse hebben ze die naam hoog gehouden. AIRMATIC is daarom ook te bestellen. Zelfs wanneer de S(port) stand van dit optionele luchtveringsysteem is geactiveerd, blijft de E-klasse alle oneffenheden feilloos gladstrijken alsof ze niet bestaan. Bijna zwevend zoefden we door het heuvellandschap net buiten Madrid. De feedback van de stuurbekrachtiging is weliswaar sterker dan in de stand C(omfort), maar een scherp sturende zakensedan zoals bijvoorbeeld een 5-serie wordt de Benz nooit. De mate van communicatie tussen stuurwiel en wielen past precies bij een auto als de ´E´. Dat wil niet zeggen dat je met een E-klasse niet snel kunt rijden. Integendeel. Zowel de E 350 CDI als de E 250 CDI zijn echte krachtpatsers die te allen tijde raad weten met hun vermogen. Het was met name de E 250 CDI die ons wist te overtuigen. Ondanks het lagere vermogen voelde deze gevoelsmatig levendiger aan dan de zescilinder. Volgens een woordvoerder van Mercedes heeft dit te maken met het lagere motorgewicht van de twinturbo viercilinderdiesel, waardoor minder druk op de voorwielen aanwezig is. De E 250 CDI is voldoende snel en bovendien aanzienlijk zuiniger (5,3 l/100 km) dan de zescilinder E 350 CDI (6,8l/100 km). Onze keus!
De beste zakenauto ter wereld?
Is de nieuwe E-klasse de beste zakenauto ter wereld geworden? Dat is een vraag die simpelweg niet met een ‘ ja’ of ‘nee’ te beantwoorden is. De E-klasse is kakelvers en het zou niet eerlijk zijn de vergelijking te trekken met zijn concurrenten die in hun huidige gedaante al weer een aantal jaren meegaan. Om op een nog duidelijkere manier te bewijzen dat een ´ja´ of ´nee´ als antwoord op de bewering niet opgaat, is het feit dat de E-klasse Mercedes´ merkwaarden comfort en veiligheid omarmd. En die verschaft de E-klasse op het allerhoogste niveau. Sportief ingestelde klanten - overigens niet de doelgroep van Mercedes - moeten maar gaan winkelen bij BMW en Audi. Mercedes-klanten zijn op zoek naar zorgeloze kilometers die ongestoord worden afgelegd. En wederom zullen die de route naar de Mercedes-dealer feilloos weten te vinden.
© Autoreview.nl | Gerben Witten