Test Mini Countryman Electric (2024): nog dikker en nog Duitser
De twee verwijten die moderne Mini’s steevast te verduren krijgen: ze zijn te zwaar en te Duits. De elektrische Mini Countryman heeft daar lak aan. Deze compacte SUV weegt bijna twee ton, gebruikt EV-techniek van BMW en rolt van de band in Leipzig. Wij testen de krachtige SE-versie met 313 pk en 494 Nm.
Mini is zichzelf opnieuw aan het uitvinden. Alle modellen worden vanaf de basis opnieuw ontwikkeld: van de driedeurs Cooper en de aanstaande Aceman, die de Clubman zal vervangen, tot aan Countryman - de compacte SUV die je hier ziet.
Hoewel van deze modellen naast elektrische uitvoeringen ook verschillende benzineversies beschikbaar zijn (met uitzondering van de Aceman), streeft Mini ernaar om tegen 2030 een volledig elektrisch automerk te worden.
Twee elektromotoren
De elektrische Countryman wordt gebouwd door BMW en rolt in Leipzig van dezelfde productielijn als de BMW iX1 (de elektrische BMW X1) en de iX2. Dat verklaart waarom de aandrijflijn ons bekend in de oren klinkt: twee elektromotoren die samen 313 pk vermogen en 494 Nm koppel over alle vier de wielen verdelen.
Daarmee deert het niet dat de auto al bijna 2000 kilo weegt, want een sprintje van 0 naar 100 is toch in 5,6 seconden gepiept. Om jaloerse blikken op de fabrieksvloer te voorkomen, heeft de Countryman SE behalve een identieke sprinttijd ook dezelfde topsnelheid als de BMW iX2, namelijk 180 km/h.
Het is heerlijk om te merken hoe elegant de kracht van de twee elektromotoren wordt samengevoegd en verdeeld. Elke beweging van het gaspedaal wordt precies afgemeten en zonder enige vertraging omgezet in snelheid. Ook als je sportief rijdt, reageert de Countryman neutraal. Hij benut zijn goede gewichtsverdeling, gaat niet irritant ondersturen en biedt veel feedback vanaf de vooras. Van zijn zware botten is tijdens het nemen van bochten weinig te merken.
Leegrijden en opladen
Net als bij andere elektrische auto’s is de actieradius die in de folder staat, moeilijk haalbaar in de praktijk. Tijdens onze testrit toont de boordcomputer een verbruik van 18,9 kWh/100 km, wat neerkomt op een rijbereik van 340 kilometer. Mini communiceert zelf 432 kilometer. We zouden willen dat de uitkomsten van de beide rekensommen dichter bij elkaar lagen.
Het opladen van de 64,6 kWh-batterij (netto) gaat met een laadsnelheid van 130 kW. Van een elektrische auto met de allernieuwste BMWtechniek verwachten we nog beter, maar het is snel genoeg om in 30 minuten van 10 naar 80 procent te gaan.
Of je nou bij de laadpaal wacht of naar je bestemming rijdt, op de voorstoelen heb je ruimte genoeg. Op de achterbank is de beenruimte minder riant en dat terwijl de nieuwe Countryman meer bewegingsvrijheid biedt dan zijn voorganger. Elke inzittende ervaart hetzelfde verfijnde veercomfort: een goede balans tussen een sportief harde basisafstemming met genoeg veerreserves om oneffenheden toch soepel glad te strijken.
Rond als een pannenkoek
Hoe ver het opladen gevorderd is, lees je af op het ronde touchscreen. Bijna alle functies van de auto bedien je via deze pixelpannenkoek. De menustructuur is gebaseerd op het BMW-systeem, maar door de ronde vorm en het speelse ontwerp werkt het minder logisch.
En Mini plaatst niet langer een digitaal display achter het stuur. Er is een 3600 euro kostende oplossing in de vorm van het S-pakket dat onder andere een head-up display omvat. Dat pakket dankt zijn naam trouwens aan de S van Small, de pakketten M, L en XL zijn logischerwijs nog duurder en completer.
Het kwam eerder al ter sprake: de Mini Countryman wordt voortaan gebouwd op 862 kilometer hemelsbreed vanaf Londen. In Leipzig. En hoewel hij qua materialen niet het hoge niveau van de BMW iX2 kan evenaren, is de afwerkingskwaliteit net zo solide. Bovendien ziet de nieuwe Countryman eruit als een moderne Mini en niet als een BMW met een opplaksnor en een fout accent.
Door de steile voorkant en het robuuste uiterlijk lijkt de SUV niet bepaald gestroomlijnd, maar toch valt zijn luchtweerstand niet tegen. In vergelijking met zijn voorganger daalde de Cw-waarde van 0,31 naar 0,26. De iX1 snijdt net zo soepel door de rijwind, de hatchbackachtige iX2 zelfs nog iets beter (0,25).
Twee versies
De Countryman SE met twee elektromotoren begint bij 49.490 euro, maar er is ook een ‘gewone’ versie met één 204 pk sterke elektromotor op de voorwielen voor 43.490 euro. Je krijgt dezelfde batterij van 64,6 kWh en het opladen duurt even lang. Dat-ie minder snel is, spreekt voor zich. Maar weet dat het trekgewicht ook omlaag gaat (1200 vs. 750 kg).
En hoewel met deze basisprijs EV-subsidie in het verschiet ligt, gaat je dat niet lukken. Je hebt namelijk vier uitvoeringen en zes pakketten om uit te kiezen en bij een merk als Mini ontkom je er niet aan om voor duizenden euro’s aan extra’s aan te vinken. Pas dan ontgrendelt de verkoper de handboei waarmee hij je aan het verkoopbureau heeft geketend. Als het om dure opties gaat, was Mini al een op en top Duits automerk.
Tegelijkertijd is een Countryman Electric zoveel goedkoper dan een BMW iX1 of iX2, dat hippe autobloggers op YouTube het een lifehack zouden noemen. De prijzen van de elektrische BMW’s beginnen niet bij 50, maar bij 60 mille. Welke auto je ook kiest, de BMW-fabriek wint altijd.
Conclusie
Mini slaat de spijker op zijn kop met zijn nieuwe interpretatie van de Countryman. En dan profiteert de elektrische versie ook nog eens van BMW’s prachtige EV-techniek. De 313 pk sterke Countryman SE biedt de kracht, de souplesse en het comfort dat nodig is om verstokte benzinerijders uit hun vertrouwde Mini in een Mini van de toekomst te krijgen.