TEST Toyota C-HR (2024): zuinig en tegendraads, maar achterin is het pikdonker
Wie de vorige Toyota C-HR al uitbundig vond, kan bij de nieuwe helemaal zijn ogen uitkijken. Technisch bleef Toyota trouw aan zijn karakter, waarbij we een buiging maken voor de sublieme hybride-techniek. Met de stille en zeer zuinige aandrijflijn kan zelfs de meest beruchte wegpiraat nog keurige verbruikscijfers scoren.
Bij de oude Toyota C-HR (2016) moesten we aan de beroemde Flodder-uitspraak denken: “Maar buurman, wat doet u nu?”. Het brave Toyota sprong ineens uit de band met een excentriek model vol vouwen en lijnen, waarbij praktisch gemak minder belangrijk was dan uiterlijk vertoon. En dat werd gewaardeerd, want alleen al in Nederland werd de auto 21.500 keer verkocht. In totaal wist hij 840.000 liefhebbers te bekoren.
De nieuwe Toyota C-HR oogt zelfs nog een stukje radicaler dan de huidige editie. Qua afmetingen bleef alles ongeveer hetzelfde. Tegen de trend in werd hij 3,5 centimeter korter, maar ook 2,5 centimeter breder en enkele millimeters hoger. Maar het uiterlijk is extremer, met enorme achterlichtunits over de volle breedte van de auto, die doorlopen tot aan de achterportieren.
Elke week gratis een test van een gloednieuwe auto? Dat kan als je kiest voor onze nieuwsbrief!
Led-spleetjes
En profil lijkt de nieuwe C-HR nog behoorlijk op zijn voorganger. Kijk je beter, dan zie je dat de deurgrepen van de achterportieren niet meer weggewerkt zijn, maar gewoon op de plek waar ze ‘heuren’. Al zijn ze in het plaatwerk verzonken. De spleetjes van led-lichtunits zijn – net als bij de nieuwe Prius – opgenomen in het X-vormige design van de neus. Als je het design nog niet extravagant genoeg vindt, dan kun je de C-HR (net als de Aygo X) bestellen met een achterkant in contrasterende zwarte kleur.
Toyota C-HR 2.0 Full Power Hybrid specs
- benzinemotor + elektromotor, 197 pk, 190 Nm
- 0-100 km/h in 7,9 s, 180 km/h
- 4,8 l/100 km (1 : 20,8), 108 g CO2/km
- L/B/H: 4362/1832/1558 mm, 364 l, 1540 kg
- 42.495 euro (NL), 42.480 euro (B)
Rijk uitgerust
Het interieur is minder extravagant. Toyota kiest voor een traditionele versnellingspook in het midden (en niet aan het stuur, volgens de laatste mode), zodat bestuurder en bijrijder van elkaar gescheiden worden door een hoge middentunnel. De afwerking van het geheel is bijzonder mooi.
Toyota is niet kinderachtig met de veiligheidsuitrusting, want elke C-HR heeft standaard adaptieve cruisecontrol, dodehoekwaarschuwing en een systeem dat via een lichtsignaal in het portier waarschuwt voor auto’s of fietsers als je uitstapt. Alleen moet je de afzonderlijke veiligheidssystemen vanwege EU-wetgeving voor elke rit het zwijgen opleggen, als je er geen gebruik van wilt maken of gek wordt van alle piepjes en ongewenste stuur- en remingrepen.
Te diep de menu's in
En daar stuiten we op een minpuntje van de C-HR. Hoewel het dashboard logisch is ingedeeld, met echte knoppen voor klimaatbeheersing en een groot touchscreen, moet je soms net iets te diep in de menu’s om de piepende veiligheidssystemen uit te zetten. Dat doe je via een knop op het stuur, waarna je in het Instellingen-menu alle systemen afzonderlijk moet uitschakelen. En dat dus elke keer opnieuw. Het is nogal een werkje.
Bij een auto met een uitgesproken design moet je niet te veel zeuren over praktische ongemakken, maar we kunnen het toch niet laten. De bagageruimte is vanwege het schuin aflopende dak niet ideaal als je grote plannen hebt bij de bouwmarkt.
Achterin zit je weliswaar ruimer dan je gezien de aflopende daklijn zou verwachten, maar het achterraampje is zo klein en de C-stijl zo gigantisch dat het er zelfs op klaarlichte dag nogal donker is. Al kan dat wel knus zijn als je warme gevoelens koestert voor je mede-achterpassagier …
Wie uit een oude C-HR stapt, zal hier overigens minder last van hebben, want die had een nóg kleiner ruitje. Een ander nadeel van de grote C-stijl is het matige zicht schuin naar achteren. Tot slot is de C-HR ook voor caravanrijders niet de juiste auto, want hij kan maar 725 kilo trekken.
Toyota C-HR 2.0 Full Power Hybrid
De C-HR deelt zijn onderstel met de nieuwe Prius en later in 2024 ook leverbaar als 223 pk sterke plug-in hybride, met een elektrische actieradius van 66 kilometer. Maar hij is er als vanouds ook als ‘gewone’ hybride, met 140 of 197 pk. Wij rijden met beide hybride versies, waarbij de 197 pk sterke 2.0 High Power Hybrid duidelijk krachtiger is dan de 1.8 Hybrid met 140 pk. Al speelt hij dat voordeel vooral uit in bergachtig gebied; in Nederland kun je ook prima met de instap-C-HR uit de voeten.
Hybride verbruik
Toyota staat in de autowereld bovenaan op de hybride apenrots. Geen merk weet de samenwerking tussen benzinemotor en elektromotor zo soepel te laten verlopen. Ook de C-HR slaagt weer met glans. Het knappe is dat het WLTP-verbruik (de theorie dus) vrijwel overeenkomt met hoe je echt rijdt. Toyota geeft voor de 2.0 High Power Hybrid een verbruik op van 4,8 l/100 km (1 op 20,8). Wij zitten daar maar 0,2 liter boven, zonder dat we de geringste moeite doen om zuinig aan te doen.
De boordcomputer geeft bovendien aan dat we 51 procent van de tijd elektrisch rijden. Dat doen ze knap bij Toyota; zuinig rijden zonder dat je heel geforceerd in spaarprogramma's rijdt of achter een vrachtwagen moet blijven plakken.
C-HR automaat en prijs
Met een rustige rijstijl profiteer je van een voortreffelijk geluidscomfort. Tot een snelheid van zo’n 80 km/h hoor je vrijwel geen geluid het interieur binnendringen. De traploze CVT-transmissie komt het beste tot zijn recht als je niet te sportief rijdt. Vraag je meer vermogen, dan begint hij even te loeien. Maar dat is vooral hinderlijk op fraaie, stille bergwegen met doordraaiers en die hebben we in Nederland en Vlaanderen toch niet. De uitgebalanceerde afstemming van het onderstel en de fijne stoelen met ruim voldoende zijdelingse steun zorgen voor nog meer pluspunten.
Goedkoop is de C-HR niet, met zijn vanafprijs van 37.295 euro (1.8 Hybrid met 140 pk). Dat is ongeveer even duur als de praktische Toyota Corolla Cross. Onze 197 pk sterke High Power kost 42.495 euro, maar is wel rijker uitgerust. Kies je hetzelfde uitrustingsniveau, dan betaal je een acceptabele 2000 euro extra voor de High Power. Ook de prijs van de plug-in hybride is al bekend: vanaf 45.995 euro.
De nieuwe C-HR (2024) staat al in de showroom, de plug-in hybride volgt waarschijnlijk nog nét in het eerste kwartaal van 2024. Een elektrische versie komt er niet, althans, niet echt. Toyota werkt aan een elektrische bZ3X, die in 2024 op de markt komt en uiterlijk behoorlijk lijkt op de C-HR.
Conclusie
Dat Toyota bij het uiterlijk van de C-HR zelfs verder durft te gaan dan bij zijn voorganger, is te prijzen. Technisch is alles echter vertrouwd, met een glansrol voor de hybride aandrijflijn. Zoek je ruimte en praktische mogelijkheden, dan is de C-HR niet je eerste keus.