Test Giulia, A4 en 3-serie: waarom deze snelle sedans slecht zijn voor je bloeddruk
De Alfa Romeo Giulia, de Audi A4 en de BMW 3-serie. Drie snelle sedans, met 258 tot 280 pk, die het hart van de petrolhead beslist sneller doen kloppen. Maar van welke auto stijgt jouw bloeddruk naar de hoogste waarde? We grijpen terug naar Auto Review 5 en gaan op zoek naar het antwoord.
Sportieve looks, die gepaard gaan met uiterst dynamische rijeigenschappen én praktische gebruiksmogelijkheden. Klop in de middenklasse aan bij Alfa Romeo, Audi of BMW, en ze verkopen je dolgraag een klassieke vierdeurs sedan die aan al deze eisen voldoet.
Zo verloochent de temperamentvolle Alfa Romeo Giulia 2.0 280 AWD zijn Italiaanse afkomst niet, terwijl de Audi A4 45 TFSI Quattro en BMW 330i xDrive hun typisch Duitse perfectionisme tot kunst verheffen. Dit zijn auto's die niet alleen als heel prettig vervoermiddel dienen, maar ook zijn ontwikkeld om hun eigenaren in vervoering te brengen. Van welke auto gaat het liefhebbershart het snelst kloppen?
Een lekkere auto begint bij een lekkere motor. Alfa Romeo, Audi en BMW hebben alle drie een reputatie hoog te houden als het gaat om sportiviteit en buitengewone prestaties. De vraag is welke auto de sportieve beloften waarmaakt, en met name: hoe. De Giulia, de A4 of de 3-serie hebben stuk voor stuk een krachtige tweeliter turbomotor, een automatisch schakelende versnellingsbak en elektronisch gestuurde vierwielaandrijving.
Ontdek onze krachtige, volledig elektrische SUV met een rijbereik tot 572* km.
En dat voor een vriendenprijs!
Alfa Romeo: zolang het ESP zich nergens mee bemoeit ...
Van snelheid ben je verzekerd, als je een van de drie testauto's koopt! Vooral de Alfa Romeo Giulia maakt een zeer daadkrachtige indruk. Met 280 pk troeft hij zijn Duitse collega's niet alleen af op de vermogensbank, maar toon hij ook op de sprint zijn spierballen. In slechts 5,2 tellen zit je op de honderd. Zuinig is de Alfa-motor niet bepaald: tijdens de test jaagt-ie er elke 10,8 kilometer een liter benzine doorheen.
Het mag duidelijk zijn dat de Giulia is ontwikkeld met rijplezier in het achterhoofd. De testauto is ook nog eens voorzien van het Performance Pack, met adaptieve schokdempers en een sperdifferentieel. Op het testcircuit bewijst de Alfa al in de eerste bocht dat hij afstamt van een legendarisch racegeslacht. Zijn besturing is vlijmscherp, hoge dwarskrachten gaat-ie niet uit de weg. Maar daarbij word je wel in de weg gezeten door het ESP, dat onverwacht vroeg resoluut het anker uitgooit. De oplossing is de elektronische beteugeling uit te schakelen. De concurrentie moet van heel goeden huize komen om de Alfa op rijplezier te overtreffen.
Audi: je wilt immers ook weer tot stilstand komen
Vergeleken met de Alfa, is de Audi A4 45 TFSI Quattro beslist geen slak. Je bereikt de honderd in 5,4 seconden, en bij 200 km/h is de achterstand op de Italiaanse Berlina nog maar een halve tel. Waarover je in de Audi weinig zorgen hoeft te maken, is het benzineverbruik. Natuurlijk dient er een flinke slok brandstof omgezet te worden in 265 pk, maar een testgemiddelde van 1 op 12,7 is keurig. Dat is mede te danken aan het mild hybrid-systeem dat Audi standaard monteert.
Op het testcircuit gedraagt de Audi zich een stuk terughoudender dan de Alfa. De besturing is van de afstandelijke soort, waardoor je vanzelf voorzichtiger een bocht in duikt. Voor hartkloppingen hoef je in de A4 niet bang te zijn. Toch raak je niet zo gauw de aansluiting met de Giulia kwijt. Dat komt door zijn voortreffelijke remmen. Voor een noodstop bij 100 km/h, heeft de A4 slechts 33,2 meter nodig om geheel tot stilstand te komen. Dat is een halve autolengte eerder dan de Giulia. Veiligheid voorop!
BMW: pure snelheid is zeker niet alles
De BMW 330i xDrive blijft in dit testgezelschap achter op vermogen. De tweeliter viercilinder van de 330i heeft 'slechts' 258 pk te bieden. Op de sprint moet de BMW-rijder daarom zijn meerdere erkennen in de Alfa- en Audi-piloot. Toch presteert de BMW allerminst teleurstellend. Sterker nog: de motor en achttraps automaat zijn volmaakt op elkaar afgestemd. Dat vinden wij belangrijker dan brute power. Kijken we puur naar de eigenschappen van de motor, dan waarderen we de BMW het hoogst. Waarbij het lage verbruik (1 op 13,9) zeker helpt.
De BMW die wij voor deze test leenden, was voorzien van een heel arsenaal sportieve hulpmiddelen. Daarmee weet de 330i de Italiaanse prima donna gemakkelijk bij te houden. Een sperdifferentieel, adaptieve schokdempers met een specifieke sportieve afstemming, 19-inch wielen met extra brede achterbanden, een stuurinrichting met variabele vertanding ... Als je in dit alles wilt investeren, word je overladen wordt met contactgevoel en feedback, en liggen de grenzen van het onderstel heel ver weg. Voor de liefhebber van een fijn sturende auto met nadrukkelijk sportieve rijeigenschappen, blijft de BMW 3-serie toch de eerste keuze.
Conclusie
Pure snelheid en een scherpe besturing zijn leuk! De Alfa Romeo Giulia 2.0 280 AWD zorgt beslist voor een versnelde hartslag. Maar zodra zich een bocht aandringt, word je uitgeremd door de bestuurder van de Audi A4 45 TFSI Quattro en put de chauffeur van de BMW 330i xDrive voordeel uit alle extra pretversterkers waarmee hij zijn auto heeft besteld. Het is de BMW die onze bloeddruk het hoogst opjaagt.
Benieuwd naar de volledige test uit Auto Review 5/2021? Geen zin om naar buiten te gaan? Bestel Auto Review 5 in onze webshop.
De zekerheid van Univé: uitstekende service en altijd een gunstige premie.