Toyota Avensis: de veilige keuze

Toen de vernieuwde Toyota Avensis ons voor het eerst onder ogen kwam waren we opgelucht over het testexemplaar dat ons was toegewezen, een zwartblauwe (Deep Titanium) Avensis Wagon. Meer dan bij andere modellen in deze klasse bepalen de uitvoering en de kleurstelling van de Avensis de uitstraling van de auto. En hoewel dat puur subjectief is, is dit in de regel geen goede basis. Begrijp ons niet verkeerd, de Toyota Avensis is geen onaantrekkelijke auto om naar te kijken, maar eruit springen doet hij evenmin. Toyota zinspeelt nogal op de traditionele smaak en dat was vijf jaar geleden een welgemikte tactiek, tegenwoordig haalt de zakelijke rijder er afwijzend zijn neus voor op.

Exterieur
Dit Toyota volledig aanrekenen kun je echter niet. We hebben het hier immers over een facelift en dan is het nu eenmaal onvermijdelijk voort te borduren op een bestaand ontwerp. De Avensis is gewoon ingehaald door de tijd. Dat geeft op zich niets en kan de beste overkomen. Als je de mogelijkheid om hierin verandering te brengen maar met beide handen aangrijpt zodra de kans zich hiervoor aanbiedt. En dat heeft Toyota gedaan. Het front van Toyota’s topmodel is agressiever geworden dankzij grotere, scherpe koplampunits (uitgerust met LED-dagrijverlichting), een strakke grille en een hoog opgetrokken onderlip. De vernieuwingen aan de achterzijde zijn echter tot een minimum beperkt gebleven. De achterlichten kregen enkel een nieuwe indeling en Toyota voegde enkele chromen details toe. We hadden graag gezien dat Toyota de Avensis juist aan deze zijde meer uit de anonimiteit had gehaald, maar tevergeefs. Toch zijn het al met al verbeteringen die de Avensis meer dynamiek geven, daar waar de klandizie vandaag de dag van blijkt te houden. Een knappe prestatie van Toyota.

Interieur
Zijn de aanpassingen aan de buitenzijde echt een stap vooruit, in het interieur hebben deze helaas geen vervolg gekregen. Kennelijk was het te kostbaar om de middenconsole afgewerkt met matig plastic te vervangen voor wat zachter, maar vooral fraaier uitziend materiaal. Sowieso is het goed zoeken naar nieuwigheden. Van kleine metalen details en nieuwe tellers krijgen we het immers niet meteen warm, al kleedt de nieuwe lichte bekleding de Avensis mooi af. Voorkomen dat het binnenste van de Toyota enigszins gedateerd aandoet ten opzichte van zijn concurrenten kan het echter niet. Op de thuismarkt en niet ver daarbuiten mogen ze het glimmende houtwerk dan een signaal van smaak vinden, in Europa hebben we die mening allang bijgedraaid. Het conservatieve dashboard is wel prettig overzichtelijk. Toyota is niet meegegaan in de trend om elke vierkante centimeter op en rond het stuur vol te plakken met knoppen en hendels. Vroeger waren de dingen soms inderdaad beter. 

Ruimte
Waar de Avensis nog altijd een voorbeeld is voor vele vergelijkbare alternatieven is op het gebied van interieurruimte. Verplaats je van de voorstoelen naar de achterbank en een zee aan ruimte heet je welkom. Til vervolgens de bodemplaat van de laadruimte op en je vindt ook hier een aantal handige opbergvakken voor kleinere spullen die je liever niet los door de kofferruimte laat slingeren. Bij grotere ladingen komt de bijna vijf meter lengte van de auto van pas. Speciale, aan weerszijden van de bagageruimte aangebrachte rails voorkomen het verschuiven van te transporteren voorwerpen. Handig. Met alle zitplaatsen in gebruik biedt de Avensis Wagon 543 liter aan ruimte en wordt de bank neergeklapt, dan is geen enkel woonwarenhuis meer veilig dankzij de 1.609 liter die dan ontstaat.

Comfort
Doet de hedendaagse kitsch je helemaal niets en vind je ook dat het rijgedrag van auto’s al meer op elkaar begint te lijken, laat je dan eens vervoeren in een Avensis. Die is nog vanouds extreem comfortabel. Het onderstel is uitermate genadig en elke voorgeschotelde drempel wordt schijnbaar met het grootste gemak verwerkt. Met slecht wegdek weet de Avensis ook goed raad, oneffenheden worden mooi gefilterd en vallen nauwelijks op. Als gevolg van het zachte onderstel vliegen de snelwegkilometers onder je door en wordt de Avensis een goede kameraad voor de lange afstand. Op slingerende wegen voelt hij zich echter minder op zijn gemak. De besturing doet zijn werk naar behoren, maar verwacht geen spannende taferelen. Directe feedback blijft uit en dat maakt van de Avensis een goede keuze voor mensen met een kalme rijstijl, voor enige rijdynamiek moet je bij een ander merk zijn. Misschien maakt dit het extra fijn om te weten dat Toyota nog als één van de weinige in deze zakelijke klasse een onvervalste mate van comfort in z’n productgamma heeft.

Trekkracht
Onder de motorkap van de Avensis biedt Toyota keuze uit drie benzinemotoren (1.6, 1.8 en 2.0 liter) en drie diesels (2.0 D-4D-F, 2.2 D-4D-F/D-CAT en 2.2 D-CAT). Zoals gebruikelijk bij een diesel moet de 2.0 liter D-4D-F in onze testauto het niet hebben van zijn vermogen (124 pk) maar van een plezierige 310 Nm aan koppel. Om die trekkracht echter te kunnen benutten en de turbo zijn werk te laten doen moet de viercilinder wel boven de 2.300 tpm opereren. Dat maakt het lastig aan het grote turbogat te ontkomen, maar eenmaal op stoom wil de Avensis best vooruit. Bij het optrekken is de motor duidelijk hoorbaar en wat brommerig, maar dit verdwijnt wanneer de auto eenmaal op snelheid is. Ga je voor een kalmere rijstijl en neem je de schakelmomenten die op het dashboard worden aangegeven in acht, dan blijft de motor in een te laag toerengebied hangen.

Fiscaal benadeelt
Dat de verkoop van de Toyota Avensis in ons land een behoorlijke duikvlucht heeft gemaakt komt natuurlijk niet louter door de op uitstraling afgaande consument. De harde muur waarop de Japanner is gestuit heet Den Haag. Door hun politieke ingrepen dient er zolang het fiscale verhaal voor de zakelijke rijder al van kracht is, 25% bijtelling betaald te worden over de Avensis. En financieel bloeden terwijl er goedkopere en eveneens geschikte alternatieven voor het oprapen ligt doet de leaserijder nu eenmaal niet. Tot 1 juli 2012 zit de Avensis aan de fiscale benadeling geketend. Daarna verliest met merendeel van de concurrenten hun eerdere voorrangspositie en kunnen we pas echt bepalen hoe de kaarten geschud zijn. De nieuwe 2.0 liter D-4D-F motor die wij reden is in ieder geval een stuk zuiniger en schoner geworden met 4,6 l/ km en 120 g/km CO2. Althans, dat is het theorieverbruik. Realistisch en zonder loden voet heb je toch al gauw anderhalf tot twee liter aan benzine meer nodig op honderd kilometer af te leggen.

Uitrusting
Ondanks de nadelige uitstootcijfers staat de Avensis met een vanafprijs van € 26.610,- voor de Wagon (1.6 liter benzine) goed in de markt en ook de 2.0 liter dieselvariant die wij reden is met € 30.780,- goedkoper dan zijn meeste Duitse en Franse concurrenten. De instapper die je voor deze prijs krijgt is enigszins karig aangekleed voor zo’n grote auto. Zo ontbreken parkeersensoren, elektrische ramen achter en de handige bagagerail. Onze Avensis Dynamic Business beschikt naast dit alles onder andere over ingebouwde navigatie, een JBL-speakersysteem en een achteruitrijcamera maar staat dan ook voor € 36.345,- in de prijslijsten.

Conclusie
Ook in zijn vernieuwde gedaante blijft de Toyota Avensis een uitermate geschikte keus voor de no-nonsense automobilist die wars is van tierelantijntjes en onopvallend en zorgeloos kilometers wil maken. Daarnaast biedt hij volop ruimte en een hoge mate van comfort. Welbeschouwd doet de Avensis dus eigenlijk niets fout, maar excelleert hij ook op geen enkel gebied. Met dit ietwat stoffige imago wordt je veelal door iedereen aardig gevonden, maar net als op de werkvloer zijn het veelal de grootste schreeuwers waar de massa achteraan loopt.