Volkswagen Beetle

Het nieuwe is er ondertussen wel af. Dat moet ook Volkswagen gedacht hebben. Na de eerste (1938 - 2003) en de tweede generatie Beetle schrapt Volkswagen bij de nieuwe, derde generatie Kever het marketingwoordje “New” in de modelnaam. De van oorsprong familieauto bij uitstek heet voortaan weer gewoon Beetle. Opnieuw sluwe marketing ten voeten uit. Want zeg zelf: louter Beetle is toch meer pakkend. En dat was nu exact Volkswagen’s intentie. De nieuwe Beetle is namelijk volgens de maker gewiekster, praktischer en betaalbaarder dan ooit tevoren. Drie speerpunten waarin de New Beetle niet wist te overtuigen. Nu wel?

Uitvoeringsafhankelijk
Wilde de originele remake uit 1999 vooral vrouwelijk en liefelijk zijn, bij de nieuwe is die schattigheid er – gelukkig – van af. Natuurlijk zijn de klassiek geronde wielkasten gebleven en staart de Volkswagen Beetle nog steeds met opengesperde ‘ogen’ de wereld aan, maar van enige bescheidenheid is geen sprake meer. Dat maakt hem niet alleen stoerder, maar ook mannelijker. Het ontwerp is simpelweg meer in balans en proportie. En met een duidelijk onderscheid tussen voor- en achterzijde. Bij de vorige Beetle kon je indien je even niet oplette (op de lichtunits) je zomaar vergissen in de rijrichting van de auto; ‘rijdt -ie nu voor- of achteruit?’
Reden voor het masculiene exterieur is een progressieve daklijn, een verder naar achteren verplaatste cockpit met als gevolg een langere motorkap. Het geheel blijft eigenwijs en speels, maar op een dynamische manier. Zoals eerder aangehaald: hierin behoef je je als man niet langer in te schamen. In de door ons gereden Sport-uitvoering is de nieuwe Beetle zowaar een showbink. Het veel toebedeelde predicaat “kappersauto” verdwijnt met de weliswaar optionele 19 inch lichtmetalen wielen, dubbele sportuitlaat, optionele TURBO-stickers en dappere achterspoiler als sneeuw voor de zon. Dat brengt ons ook meteen bij de kritische noot dat de looks van de Beetle bijzonder uitvoeringsafhankelijk is. De standaarduitvoering gehuld in bijvoorbeeld ‘Demin Blue’ en rustend op 16 inch staal met wieldoppen, daar word je gewoonweg minder hebberig van.

Historisch tintje
Eenmaal ingestapt wordt je opnieuw verblijd met enkele nostalgische trekjes. Het interieur kent diverse knipoogjes naar de Kever van toen. Neem het dashboard dat zichtbaar met liefde voor retro is ontworpen en idem dito aangaande het instrumentarium waarbij de grote, eenvoudige snelheidsmeter verwant is aan het origineel uit eind jaren ’40. Meer van deze verwijzingen vinden we in de vorm van een tweede handschoenenvakje (inclusief hendel) en het ogenschijnlijk bijna horizontaal staande stuurwiel. De nieuwe Beetle is rijk aan ludieke, naar Volkswagen’s beruchte verleden verwijzende details en alleen dat al is een verademing op de uitgekauwde snit van de overige Volkswagens.

Vier volwassenen
Heel erg Volkswagen is de manier waarop de nieuwe Beetle in elkaar is geschroefd. Daar valt geen woord aan vuil te maken. Onderhuids gaat gedeeltelijk een Golf schuil. De Beetle staat op hetzelfde chassis als de Golf VI en ontleent diens motoren en transmissies. Maar 100% overeenkomstig is de techniek in de Beetle niet. De techneuten bij Volkswagen kregen meer vrijheid en dat resulteerde onder meer in een praktischere en ruime carrosserie. Verwacht echter geen ruime zit op de achterbank, maar met opgetrokken knieën zitten is het evenmin. Twee volwassenen met een lengte tot 1,85 meter zou nog moeten kunnen. Ook sterk verbeterd ten opzichte van de vorige Beetle is de bagageruimte. Naast een meer praktische toegang en een neerklapbare achterbank is ook het volume gegroeid. Van 214 liter naar een totaal van 310 liter. De maximale laadruimte steeg van 769 naar 905 liter.

Stug
Met de Golf als basis doet het rijgedrag vertrouwd aan. Toch heeft Volkswagen getracht de Beetle een ietwat eigen karakter mee te geven. De besturing reageert naar gelang het insturen net even wat vlotter, maar blijft daarentegen afstandelijk en rond de middenstand ronduit vaag. Rijd je de 2.0 TSI zoals wij deden dan geniet je van een sportonderstel dat de auto straffer in de demping maakt. Het comfortabele karakter van de Golf wordt mede door de negentien inch wielen naar de achtergrond geduwd en verruild voor een sportieve inborst. Soms zelf wat té sportief als je het ons vraagt. Op slecht wegdek is de Beetle ronduit stoterig. De viercilinder turbomotor daarentegen weet in combinatie met de DSG-transmissie voor pure souplesse te zorgen. De transmissie schakelt soepel, geruisloos en zo snel als het kan op naar de hoogste, zesde versnelling. Ondertussen blijft de aandrijflijn geciviliseerd, maar alert. Zodra het commando gegeven wordt is een deel van het vermogen van 200 pk en 280 Nm klaar om de Beetle te doen wegstuiven. Van nul naar 100 km/h zou slechts 7,5 seconden kosten en als topsnelheid geeft Volkswagen 223 km/h op.

Prijs
Het feit dat de MINI en de Fiat 500 nog steeds geliefd zijn werkt in het voordeel van de Beetle die in zijn tweede poging het retro-niveau van de eerdergenoemde modellen wel haalt. En met de praktische bruikbaarheid zit het voor de doelgroep ook wel snor. Een voordeel ten opzichte van bijvoorbeeld de MINI. Maar hoe zit dat met de prijsstelling? Volkswagen heeft de Beetle een psychologische prijs van net geen twintig mille mee te geven, een kleine tweeduizend onder de vraagprijs van de vorige generatie en nagenoeg identiek aan die van een vergelijkbare Golf. Bij elkaar opgeteld doet de nieuwe Beetle dus eigenlijk niets verkeerd en lijkt Volkswagen de kritieken zo te hebben verwerkt dat deze derde generatie een betere reïncarnatie is dan zijn voorganger.